Rotbeest, moordenaar, veedief zijn wat woorden die een machtig roofdier omschrijven als je het een deel van de Nederlandse bevolking vraagt. Maar ook: koning van het woud, prachtdier en dirigent van het ecosysteem zijn omschrijvingen die voorbijkomen. Een paar jaar geleden werd hij voor het eerst in Nederland gezien en inmiddels heeft hij zich gesetteld. Er leven wolven in Nederland. Maar kun je de wolf zomaar tegenkomen als je gaat wandelen?
In deze serie neem ik je mee de Veluwe op. Op zoek naar de dirigent van het woud. Deel 5.
Wolvendagboek #5: 8 februari 2022
Ik leer het gebied en de wolven die erin leven steeds beter kennen. Vandaag heb ik slechts een ochtendje, maar ik kan steeds efficiënter en gerichter zoeken. Het is een prima Hollandse winterochtend. Het is niet echt koud met een graadje of acht en de helft van de tijd piept er een zonnestraaltje door de bewolking heen. Het is wederom rustig in het bos, zoals eigenlijk altijd in het gebied waar ik ben. Zeker doordeweeks.
Ik lees de sporen die ik op en net naast de paden zie. Er is deze nacht veel activiteit geweest in het bos. Gisteren heeft het nog geregend, dus alle duidelijke loopsporen zijn vers. Kriskras over het pad lopen prenten van edelherten. Met tientallen tegelijk (of na elkaar) zijn ze de paden in alle richtingen overgestoken. Van de activiteit is nu niks meer te merken. Het is stil in het bos. Uit niets anders dan de sporen van vannacht blijkt dat het tjokvol wild zit. De enige beweging die ik op de hei zie is een klapekster die biddend boven de begroeiing hangt – op zoek naar een maaltje.
Ook de wolven zijn in de afgelopen drie weken weer lekker actief geweest. In de omgeving waar ik de meeste kans op een ontmoeting denk te maken vind ik weer veel sporen van de grote honden. Op maar liefst veertien nieuwe plekken liggen drollen – weliswaar allemaal niet heel vers. Op één plek vind ik een loopspoor van waarschijnlijk een paar dagen oud. Het loopt op een beschutte plek, waardoor het nog niet helemaal weggevaagd is.

Pas tegen het einde van de wandeling zie ik traditiegetrouw de vaste prooien van de wolven. Op de plek waar ik de vorige keer drie verzwakte zwijnen en één dood zwijn vond, liggen nu twee dode zwijnen. De zware winter eist zijn tol. Om eventuele verscholen zwijnen niet te verstoren blijf ik op het pad, maar met de verrekijker zien ze er nog redelijk intact uit. Opvallend, aangezien ik van eentje weet dat die er al minimaal drie weken ligt, in een gebied vol wolven, vossen, buizerden en raven.
Pas als ik bijna bij de parkeerplaats kom zie ik ook levende zwijnen. Twee stuks, eentje op afstand en eentje die steeds dichterbij komt. Hij kan mij niet ruiken door de wind en blijkbaar ben ik zo stil dat hij me ook niet hoort. Pas als hij me ongemerkt tot op ongeveer dertig meter genaderd is heeft hij me door, kijkt op en rent een stukje naar achteren. Als alle zwijnen hier zo alert zijn als de zwijnen die ik zie zijn ze geen moeilijke prooi voor een roedel wolven. De prijs van een slecht eikel- en beukennootjesjaar.


