Drie weken geleden schreef ik al over mijn eerste ontmoeting met ijshaar. Ik beschreef het als een zeldzaam natuurfenomeen dat ik in mijn eerste achttien levensjaren nooit zag. Als je meer wilt weten over het ontstaan van ijshaar en mijn eerste ontmoeting daarmee, kun je dat blogbericht hier lezen.
Inmiddels ben ik helemaal niet zo overtuigd meer dat het zo zeldzaam is. Na die eerste keer op Planken Wambuis vond ik het namelijk maar liefst drie keer: één keer vanuit de auto bij Kootwijk en vanaf de fiets langs de N225 tussen Leersum en Doorn. En steeds was het niet één enkel plukje, maar het waren bossen vol. Niet te missen.

De derde keer was gisteren op de Hoge Veluwe. Nadat mijn moeder en ik al om tien uur op een overvolle parkeerplaats bij het Deelerwoud stuitten, besloten we een kaartje te kopen voor het véél rustiger Nationaal Park de Hoge Veluwe. Dat was de moeite. Niet alleen was het (misschien vanwege de prijs?) heel stil in het park, ook was het een prachtige ochtend om hier rond te wandelen en te fietsen.
Al gelijk had ik het over ijshaar. Mijn moeder dacht dat we het niet gingen vinden omdat er te weinig beuken staan op de Hoge Veluwe, ik dacht dat we het niet gingen vinden omdat het té koud was. Als het hout ook aan de binnenkant bevries, ontstaat er namelijk geen ijshaar. Het was een paar graden onder nul.

Beiden kregen we geen gelijk, bleek al na minder dan een halve kilometer. Niet alleen waren er beuken zat, ook was het blijkbaar niet te koud voor ijshaar. We struikelden er zowat over.


Overal waar ook maar een beetje dood beukenhout op de grond lag, was ijshaar. De prachtige zon door de bomen zorgde voor een prachtig verlicht decor. Dankzij de uitgebreide fotosessie op Planken Wambuis drie weken geleden, wist ik precies wat ik wel en niet moest doen om een mooie foto van ijshaar te maken. En zeg nou zelf, ik heb ervan geleerd. Ik heb nu vooral foto’s met tegenlicht gemaakt, om de structuren in het ijshaar duidelijker te kunnen laten zien. Doordat de bos ijs niet overal even dicht is, schijnt de zon niet overal even sterk doorheen en ontstaan er mooie contrasten. Op plekken waar te weinig licht door de bomen kwam kon ik bijlichten met behulp van mijn ringflitser.



Volkomen afgeleid door het ijshaar drong het pas na een stuk of vijf roepjes door dat er recht boven mijn hoofd een middelste bonte specht zat te roepen. Omdat ik mijn camera volledig op het ijshaar had ingesteld, besloot ik om niet verder te zoeken. Ik heb hem dan ook niet gezien of gefotografeerd, maar het was toch leuk om te horen dat hij er was.
Tegen het eind van onze wandeling werden we opgeschrikt door drie edelherten die plotseling van dichtbij langs kwamen rennen. Gelukkig had ik nu mijn telelens weer op mijn camera zitten en die liet mij niet in de steek.

Na onze wandeling van zo’n acht kilometer vanaf de ingang Hoenderloo was het pas half één. Omdat we toch al betaald hadden voor het park besloten we om een witte fiets te pakken om ook nog even een rondje te fietsen. Het park was prachtig. De Deelensche Wasch staat flink onder water en sommige delen van het fietspad ook. Doordat alles bevroren was gaf het een prachtig winters aanzicht.
Ook vanaf de fiets zagen was massaal ijshaar. Is het nou echt zo zeldzaam of heb ik de afgelopen jaren niet goed genoeg gekeken? Waarom zie ik het nu ineens zo vaak een veel? Ik weet het werkelijk niet, voor mij blijft blijft een mysterie.
Prachtige foto’s!
LikeGeliked door 1 persoon
Dank je wel voor die 2 prachtige ijshaar-foto-series! Hartelijke groet, Nys.
LikeLike