Ter ere van eerste paasdag ben ik gisteren met mijn ouders een eindje wezen fietsen vanuit Wageningen. Een mooie route vinden die niet al te druk zou zijn op zo’n mooie dag kon nog wel eens een uitdaging worden, maar het viel gelukkig mee.
Het is prachtig weer. Gelukkig blijkt het met de drukte mee te vallen. Qua mensen althans. Vogels zijn er zat. Om de haverklap zit er wel weer een vogeltje te zingen. Tjiftjaffen, fitissen en de eerste bonte vliegenvanger laten zich horen. Ook vlindertjes vliegen in behoorlijke aantallen rond: oranjetipjes, boomblauwtjes, dagpauwogen, groot en klein koolwitjes en natuurlijk citroenvlinders. Bij Elst (Ut.) zien we in eenzelfde soort habitat als onderlangs de Wageningse Berg, maar dan langs het talud van de grote weg een aantal zandhagedissen die met een behoorlijk tempo rond rennen over de warme helling. Constant houden we de lucht in de gaten. Op zo’n mooie warme dag midden in de trektijd kan het toch niet anders dan dat er leuke vogels over komen vliegen?
We hebben nog niet veel geluk. Onderweg stoppen we bij de Palmerswaard bij Rhenen om daar nog even rond te kijken. Ook hier was het erg rustig. Gelukkig maar, zo kunnen we er schaamteloos en op ons gemak rondkijken.
Hier wemelt het van de fitissen, zwartkoppen en tjiftjaffen die aan een stuk door zingen. Een heel aantal cetti’s zangers laat ook een riedeltje horen. Hier horen we ook onze eerste braamsluiper van het jaar. Daarnaast zijn er meerkoeten, knobbelzwanen en een koor van bastaardkikkers.


Op een omgevallen boom in het water zit een schildpad. Geen echt wilde natuurlijk, maar een illegaal uitgezet huisdier. Meestal gaat het dan om lettersierschildpadden (waaronder de rood- en geelwangschildpad), maar toen ik thuis met de foto ging proberen uit te vinden welke ondersoort het was, bleek het een compleet andere soort te zijn. Het dier op deze boom is een zaagrugschildpad. Minder groot, plat en glad dan de lettersierschildpadden. Bovendien heeft deze soort een soort kartels midden over de rug lopen: de zaag.


Als we bijna terug zijn bij de fiets wordt het eindeloze turen in de felle lucht toch beloond. Een stipje in de verte, een paar kilometer verderop aan de andere kant van de Rijn, lijkt een ooievaar te zijn. Toch klopt het niet helemaal en ik zeg gelijk tegen mijn vader dat ik denk dat het wel eens een zwarte ooievaar zou kunnen zijn.

Door de enorme afstand en het tegenlicht valt er nog geen kaas van te maken, maar met enorm overbelichten lijkt mijn vermoeden op de camera wel te kloppen. De vogel zelf trekt gelukkig naar het noorden en al cirkelend komt hij dichterbij. Als hij genoeg hoogte heeft gemaakt zeilt hij verder naar het noorden. Nog altijd heel hoog, maar een stuk beter te zien voor ons. Boven het centrum van Rhenen draait de zwarte ooievaar een paar rondjes waarna hij hoog en hard afglijdt naar het noorden. Een leuke trekker die je niet vaak ziet bij ons in de regio!


Toch moet het beste van de dag nog komen. Niet eens qua zeldzaamheid, maar gaaf is het wel. Wanneer we net een half uurtje thuis zijn en aan de lunch zitten, gaat mijn telefoon af. Een appje in de vogelgroepsapp. Er vliegt een jonge zeearend in de buurt van Bennekom boven het Binnenveld. Richting noord. Voor ons niet interessant dus. Tot het plotseling snel gaat. Vijf minuten later volgt namelijk een tweede appje. De zeearend vliegt hoog boven de wijk Noordwest in Wageningen, recht naar het zuiden. En laten wij vlak ten zuiden van die wijk wonen. Ik spring op, pak snel mijn camera uit mijn tas en loop met de rest van de familie naar buiten. Precies op dat moment komt de zeearend recht over het huis zeilen.

Niet eens zo heel hoog en mooi met het licht mee te zien. Hij glijdt strak af richting het zuiden, waar hij niet veel later ook door meerdere andere vogelaars gezien wordt. Niet veel later wordt hij vanuit de Blauwe Kamer bij Rhenen gemeld. Mooi om zo’n vogel te zien en met zijn allen te kunnen volgen. En dat gewoon vanuit huis.

Je hoeft niet altijd maar weg, soms zie je de mooiste dingen vanuit de tuin!