Nadat er in juni 5 mensen een prijsvraag op mijn weblog goed hadden geraden, mochten ze met mij een paar uur bij Wageningen mee ringslangen zoeken. Niet iedereen kon op dezelfde dag, dus heb ik er dit weekend twee georganiseerd, op zaterdag en op zondag.
Op zaterdag had ik Sabine van Rooij, Elly Kooyman en Igor Scheerder om 10 uur uitgenodigd bij de Wageningse Berg, waar veel ringslangen zitten. Vol goede moed gingen we op weg, in de hoop er één te vinden. In het begin wilden we er allemaal wel een paar zien. Na een tijdje zei Elly: “weet je, misschien moeten we gewoon tevreden zijn als we er één zien”. Na een tijdje hadden we nog niks gezien, en toen zei ze: “met een baby’tje ben ik al tevreden”. En niet veel later, “des noods een dode baby”. Maar dat laatste wilde gelukkig niet lukken. Helaas ook geen levende, ondanks dat het steeds zonniger werd, en rond de 19°C. Bij een vijvertje in het Arboretum in Wageningen, op de Wageningse Berg had ik gehoopt dat we een ringslang konden vinden, maar met een stuk of 25 groene kikkers (geen idee welke van de drie soorten) hield het wel op. Op de terugweg lukte het ook niet om een ringslang te zien, maar wel veel heidelibellen en 2 paardenbijters. Nadat ik aan een libellenkenner een paar foto’s had gestuurd, wist ik dat we steenrode heidelibellen en bruinrode heidelibellen hadden gezien.
Aan het einde van de excursie had ik voor iedereen een miniposter met zelfgemaakte ringslangenfoto’s.






Niet dus……..


















Op zondag ging ik op dezelfde plek met Eva Dugger en haar zoon Julian op stap. We liepen dezelfde route, en al snel zag ik een klein donker staartje tussen de grassprieten verdwijnen. Ik stelde voor om even te wachten, en na een paar minuten kwam er een klein ringslangetje tevoorschijn, die op zijn gemak de heuvel opkroop, en daar tussen houtsnippers nog even bleef rondkruipen, en niet veel later verdween. Een stuk later, bij een boomstam waaronder ik vorig jaar een skelet van een ringslang had gevonden, zag ik heel opvallend een lijfje aan de boomstam hangen. Hij hing heel kunstig, helaas was zijn kop nauwelijks zichtbaar achter de grassprieten. Toen hij genoeg van ons had, rolde hij een kwartslag om, en liet zich op de grond vallen waar hij meteen onzichtbaar was tussen alle bladeren en grassprieten.
Ook vandaag waren er weer steenrode en bruinrode heidelibellen. We zagen ook nog een landkaartje. Een stukje verderop zagen we een klein ringslangetje op het fietspad liggen, waarvan het totaal onduidelijk was of hij leefde of niet. Hij had geen zichtbare verwondingen, maar lag ook verdacht stil. Ik maakte een paar foto’s, en pakte hem vervolgens op. Hij gaf geen kik. Maar ja, ringslangen staan er om bekend dat ze zich in dit soort gevallen dood houden. Daarom hing ik hem in een zeer ongemakkelijke houding over een takje, dichtbij de grond. Julian tekende met een steen een pijl op het fietspad, en we gingen verder naar het Arboretum. Bij de vijver waren nog steeds veel groene kikkers, en een paar bruine. Verder niet zo veel.
Terug op het fietspad zochten we verder naar slangen, maar we konden niks vinden. Bij de door Julian getekende pijl hing de slang nog steeds aan het takje. Het was al bijna een uur later, dus het leek me duidelijk dat hij dood was. Ik legde hem weer op het fietspad om een paar foto’s te maken, en daarna volgde een hele fotosessie van de ringslang op mijn hand en op de hand van Julian. Daarna droeg ik hem een stukje mee, en legde hem op dezelfde stam als waar eerder die dag een ringslang aan hing. Een natuurlijke omgeving voor de foto’s is natuurlijk wel het leukst. Het weer werd steeds slechter, en we zagen niks meer…… Ook Eva en Julian kregen een mooie ringslangenplaat.










Wat een mooie foto’s maak jij! Prachtig hoor!
LikeLike